Verzorging Vierteenschildpad, Russische vierteenschildpad

  • 1. Algemeen

    Wetenschappelijke naam Testudo (Agrionemys) horsfieldii
    Grootte Tot 25 cm
    Terrarium 120x60x60 cm of groter
    Herkomst Midden Azië
    Biotoop Steppe, halfwoestijnen
    Lampen UV noodzakelijk
    Temperatuur 25 tot 35 graden
    Voeding Plantaardig
    Voortplanting Eierleggend
    Leeftijd 60 tot 80 jaar
  • 2. Wetgeving

    De vierteenschildpad is opgenomen in de CITES appendix II
    De dieren mogen dus in beperkte mate geëxporteerd worden uit hun natuurlijke leefgebied.

    Er is geen vergunning nodig om een vierteenschildpad te houden of te verkopen.
    Om de dieren in gevangenschap te mogen houden moet men wel in het bezit zijn van een verklaring van herkomst. Na aanschaf van een vierteenschildpad moet de overdrachtsverklaring van de kweker, of het bonnetje van de winkel waar het dier gekocht is, bewaard worden als bewijs van legale aankoop.

  • 3. Uiterlijk

    Een relatief kleine landschildpad met een maximum schildlengte van ongeveer 15 tot 25 Centimeter. Volwassen vrouwelijke dieren zijn over het algemeen iets groter en zwaarder dan mannetjes.
    Het rugschild (carapax) is relatief hoog en bol, het buikschild (plastron) is vlak, en bij de mannetjes soms iets hol. De hoge bouw van het schild geeft de vierteenschildpad de ruimte om zijn ledematen vrij te bewegen, en deze soort kan verrassend goed voortbewegen over oneffen terrein, goed graven en klimmen vergeleken bij andere landschildpadsoorten.
    De voorpoten zijn voorzien van vier forse nagels waar deze soort zijn naam aan te danken heeft. De andere Testudo soorten bezitten 5 nagels aan de voorpoten.
    De basiskleur is lichtbruin tot geel. De schubbenplaten op het rugschild zijn in het centrum donkerder dan aan de randen. Het buikschild is donkerbruin tot zwart gekleurd.
    Binnen het grote verspreidingsgebied van de vierteenschildpad zijn er een aantal ondersoorten die van kleur nogal van elkaar kunnen verschillen.
    Bij volwassen dieren zijn de verschillen tussen de geslachten duidelijk te zien. Mannelijke dieren hebben een opvallend langere staart dan vrouwtjes, en de nagels aan de voorpoten zijn bij de mannetjes veel meer ontwikkeld.
    Vierteenschildpadden kunnen ongever 60 tot 80 jaar oud worden, bij goede verzorging zelfs nog veel ouder.
    In September van 1968 zijn 2 vierteenschildpadden in en baan om de maan gebracht tijdens de Russische ZOND5 ruimtemissie. Deze schildpadden waren de eerste levende wezens die van de aarde naar de maan en terug reisden.

  • 4. Verspreidingsgebied

    De dieren komen grofweg voor vanaf de Kaspische zee tot aan China en van Kazachstan tot aan Afghanistan.
    Het leefgebied van de vierteenschildpad kenmerkt zich door lange en soms extreem koude winters en korte, hete zomers. In sommige delen van het verspreidingsgebied is deze soort maar 3 maanden per jaar actief. Naast een lange winterslaap houden de dieren daar ook een zomerslaap, om op die manier te ontsnappen aan de extreme hitte in de zomer.
    In de periode grofweg tussen April en September trekken de dieren overdag rond op de uitgestrekte steppes op zoek naar voedsel. Vaak houden zij zich op in de buurt van water, en bossages en holen van andere dieren waar ze op het warmst van de dag soms verkoeling zoeken.
    ‘s Nachts verschuilen de dieren zich in knaagdierenholen, of holen die zij zelf gegraven hebben.

  • 5. Huisvesting gevangenschap

    Vierteenschildpadden kunnen het beste alleen gehouden worden. Het zijn solitaire dieren die elkaar slecht verdragen.
    Als u besluit om toch meerdere schildpadden bij elkaar te houden raden wij aan om twee vrouwtjes te houden.
    Twee mannetjes zullen met elkaar in gevecht gaan om te bepalen welke van de twee het dominantst is en dus mag paren. Ook als er geen vrouwtje aanwezig is gebeurt dit, en in de beperkte ruimte van een terrarium zullen ze onophoudelijk met elkaar in gevecht blijven.
    Het paarsgewijs houden van vierteenschildpadden voor bijvoorbeeld de kweek is mogelijk, maar er moet wel uitgekeken worden dat de man niet te dominant is naar het vrouwtje, en dat beide dieren voldoende tijd en rust krijgen om te eten en zich aan elkaar te onttrekken.

    Als u met vierteenschildpadden wil kweken is het verstandig om de dieren in de lente kort bij elkaar te huisvesten en daarna weer te scheiden.
    Voor een of 2 vierteenschildpadden is een terrarium van minimaal een formaat van 120 x 60 x 60 cm nodig. Groter is altijd beter, zeker als er meer dan één schildpad gehouden word. Er zijn diverse complete terraria te verkrijgen in deze maten, zoals bijvoorbeeld The Blue-Lagoon Luxe serie met 3 fittingen en kurken achterwand.

    Geef vierteenschildpadden in de zomer 12 tot 14 uur licht en warmte per dag. Zorg ervoor dat de dieren ook worden blootgesteld aan UVB straling.
    Deze UVB verlichting kan bestaan uit speciaal hiervoor ontwikkelde spots, zoals bijvoorbeeld de kwikdamplampen of HID lampen van Reptech en Solar Raptor of speciale TL buizen van Exo Terra, Arcadia of andere speciale terrariummerken.
    De intensiteit en wattage van de lampen die gebruikt moeten worden hangt vooral af van de hoogte van het terrarium.
    De gemiddelde temperatuur in het terrarium moet ongeveer rond de 28 graden Celsius zijn. Zorg voor een zonplek waar de schildpad zich kan opwarmen en UVB op kan doen.
    Deze warme plek mag 35 tot 40 graden Celsius zijn.
    De zonplek kan het beste aan 1 kant van de bak gemaakt worden, dit om een temperatuur gradatie te verkrijgen, zo kan de vierteenschildpad zelf kiezen op welke plek hij gaat liggen.
    Zorg ervoor, dat als er meerdere dieren in 1 verblijf worden gehouden, de zonplaats groot genoeg is om 2 dieren te laten zonnen.
    In de nacht mag de temperatuur rustig zakken tot 10 graden Celsius. Als de dieren overdag zich weer voldoende op kunnen warmen is een dergelijke daling in temperatuur absoluut niet nadelig voor de gezondheid.

    De bodembedekking voor vierteenschildpadden kan het beste bestaan uit grof speelzand, of leem, gemengt met tuinturf, potgrond of cocosaarde.
    De bodembedekking moet ongeveer 15 tot 20 centimeter diep zijn, zodat de dieren er ook in kunnen graven. Vierteenschildpadden vinden het prettig om zich ‘s nachts in te graven.
    Zeker jonge dieren hebben er baat bij om zich in vochtig materiaal in te graven, het vocht zorgt er voor dat de dieren opgroeien met een mooi egaal schild.
    In het terrarium moeten een aantal grote platte stenen aanwezig zijn, in ieder geval onder de lamp die voor de warmte en UVB moet zorgen. Als de temperatuur van de steen niet hoog genoeg oploopt kan de stapel stenen wat hoger gemaakt worden. Let wel op dat uw schildpad zich niet aan de lamp kan branden.

    Een waterbak mag niet ontbreken. Deze waterbak hoeft niet diep te zijn, maar wel groot genoeg voor 1 schildpad om in zijn geheel in te baden.
    De dieren staan er om bekend dat ze hun behoefte vaak in het water doen.

    Planten, zowel echte, als kunstplanten in de bak zijn af te raden. Levende planten worden opgegeten en kunstplanten moeten het vaak ook ontgelden in een terrarium met vierteenschildpadden.
    Met stenen en stukken hout kan een terrarium ook mooi en natuurlijk aangekleed worden.
    Schuilplaatsen, in de vorm van grote stukken kurkschors, gestapelde stenen of speciale kunststof grotjes verkrijgbaar in terrariumspeciaalzaken mogen ook absoluut niet ontbreken. Dit voorkomt stress en is beter voor de gezondheid van uw vierteenschildpad.
    Zet alle inrichtingsmaterialen goed vast! Vierteenschildpadden graven graag, zorg ervoor dat ze niet onder stenen of stukken hout kunnen graven waardoor deze gaan verzakken of vallen met alle gevolgen van dien.

    Vierteenschildpadden zijn uitermate geschikte landschildpadden om in ons Nederlandse klimaat in de zomermaanden buiten te houden.
    Als de temperatuur in de nacht rond de 15 graden Celsius is kunnen de dieren buitenshuis gehouden worden.
    Zorg er voor dat een buitenverblijf ontsnappingsvrij is.
    Zoals eerder gemeld kunnen de dieren ontzettend goed graven en verassend goed klimmen.
    Houd er daarnaast rekening mee dat ongenode gasten zoals katten, ratten en roofvogels niet in het verblijf kunnen komen.
    Zorg ook in een buitenverblijf voor schuilplaatsen waar de dieren desgewenst uit de zon kunnen zitten en waar de dieren tochtvrij en droog de nacht door kunnen brengen.

  • 6. Hanteren

    Schildpadden kunnen het beste vastgepakt worden met beide handen aan de zijkanten van het lichaam, tussen de voor en achterpoten.
    Houd de dieren goed vast als ze verplaatst moeten worden. De dieren zijn verrassend sterk in hun poten en kunnen zich onverwacht vooruit duwen en zo onverhoopt op de grond belanden.
    Tijdens het schoonmaken van het verblijf, of het verplaatsen van de dieren kunnen ze het beste in een grote emmer of grote plastic bak gezet worden.
    Haal de dieren niet te vaak uit hun verblijf. Vierteenschildpadden los in huis rond laten lopen kan voor de dieren gevaarlijk zijn. De dieren kunnen zich klem lopen onder meubilair of verwond raken als u per ongeluk op ze gaat staan..
    Daarnaast tocht het over de vloer van bijvoorbeeld een woonkamer altijd een beetje.
    Deze koudere lucht kan gezondheidsproblemen voor de dieren opleveren.
    Contact met andere huisdieren zoals honden of katten is helemaal uit den boze.

  • 7. Voeding

    Vierteenschildpadden zijn herbivoor.
    Als basis voor de plantaardige voeding kan het beste andijvie worden gebruikt, liefst dagelijks afgewisseld met een of meer verschillende groenten, en in mindere mate fruit daarbij.
    Voer onder andere:
    Paksoi, wilde sla ( veldsla, rucola, romaine, lollo rosso, ijsbergsla), witlof, roodlof, bietenblad, tuinkers, postelein en meer.
    Wortelen, rode bietjes, zoete aardappel, broccoli, bloemkool, spinazie, taugé.


    Koolsoorten (rode kool, spruitjes, spitskool) kunnen bij overmatige consumptie problemen veroorzaken aan de schildklier en de dieren at last geven van hun darmen.
    Groenten die oxaalzuur bevatten (zoals wortelen, broccoli, peterselie en spinazie) onttrekken calcium uit het lichaam. Deze groenten bevatten wel weer bijvoorbeeld andere stoffen die wel goed zijn voor de schildpad.
    Gevarieerde voeding aanbieden is dus raadzaam.
    Vrijwel alle groenten die wij zelf eten kunnen gevoerd worden.

    Fruit, zoals appel, peer, tomaat, druif, verschillende soorten bessen (kruisbes, blauwe bosbessen) aardbeien, cactusfruit, mango, mandarijn, banaan en papaja lusten de dieren ook graag.
    Fruit is erg rijk aan suikers, en kan het beste in beperkte mate gegeven worden.
    Landschildpadden zijn voor de vertering van hun voedsel afhankelijk van micro organismen in de darmen. Een teveel aan suiker kan de darmflora verstoren en diarree veroorzaken.
    Bloemen van hibiscus, paardenbloem, viooltjes en rozen worden ook zeer gewaardeerd.


    Wilde planten zoals weegbree, paardenbloemblad, klaver, witte dovenetel, zevenblad, brandnetel en distel kunnen gevoerd worden aan vierteenschildpadden.
    Pluk deze op een plek waar geen insecticiden gebruikt worden en waar geen verkeer langskomt of honden uitgelaten worden(wegbermen en parkeerplaatsen moeten gemeden worden).
    De kiemen van linzen, tarwe, zonnebloem en dergelijke zijn goede voeding voor schildpadden, deze zijn te verkrijgen in winkels voor natuurvoeding.
    In sommige terrariumspeciaalzaken zijn speciale eetbare levende plantjes te verkrijgen voor herbivore reptielen.
    Kruidenhooi en speciale geperste brokken hiervan worden ook erg gewaardeerd.

    Alle voeding voor de schildpadden moet altijd bepoederd worden met een vitamine en calcium supplement zoals bijvoorbeeld Zoo Med’s Reptivite of Miner-All.
    Daarnaast is het raadzaam om een of meerdere stukken sepiaschaal in het verblijf te leggen waar de dieren naar behoefte van kunnen eten
    Reptielen en andere dieren hebben calcium en fosfor nodig voor de opbouw van botten en eieren.
    Calcium en fosfor krijgen de vierteenschildpadden in het wild via de voeding binnen.
    Alle groente en fruit die wij onze dieren voeren is gewassen en bevat vaak te weinig sporenelementen voor de dieren om gezond te blijven.
    Om calcium te verwerken tot een bruikbare bouwstof voor botten en eierschalen is vitamine D3 nodig.
    Deze vitamine wordt aangemaakt in de huid onder invloed van UVB stralen. Daar zijn de speciale UVB lampen voor nodig die in het terrarium aangebracht worden.
    Het bijvoeren met een supplement met daarin extra vitamine D3 is af te raden omdat de dieren dit minder goed kunnen verwerken in hun lichaam via de voeding, en het een stuk gezonder en natuurlijker is om het via de lampen toe te dienen.

  • 8. Winterrust

    Het leefgebied van de vierteenschildpad is onderhevig aan extreme seizoenswisselingen, de dieren maken dus ieder jaar een winter mee. In de wintermaanden kan de temperatuur in het leefgebied van de vierteenschildpad lange tijd dalen tot ver onder het vriespunt.
    De dieren zelf kunnen zelfs korte tijd temperaturen van onder het vriespunt overleven.
    De dieren verschuilen zich in de wintermaanden in diepe zelfgegraven holen.
    In het verspreidingsgebied van de vierteenschildpad kan de winterslaap van Oktober tot April duren.

    Voor de gezondheid op de lange termijn van de vierteenschildpad is het van belang dat het dier in winterslaap gaat.
    Vaak willen de dieren tijdens de wintermaanden slecht eten, ze reageren op het korter worden van de dagen. Als de temperatuur in het terrarium hoog blijft, verlopen de lichaamsprocessen gewoon door. Het dier zal vermageren omdat het dier meer energie verbruikt dan dat het via de voeding binnenkrijgt.
    Naast de gezondheidsproblemen die kunnen ontstaan is de winterslaap ook van invloed op de vruchtbaarheid. Tijdens de winterperiode rijpen de eitjes van het vrouwtje en word er bij het mannetje sperma aangemaakt.

    In de wintermaanden kunnen vierteenschildpadden het beste bij ongeveer 6 tot 10 graden gehuisvest worden.
    Voorafgaand aan de winterslaap hoeven de dieren niet langzaam afgekoeld te worden.
    Rond Oktober stoppen de meeste dieren in gevangenschap met eten en moeten de voorbereidingen voor de winterrust getroffen worden.
    Wees er zeker van dat dieren die in winterslaap gaan gezond zijn en geen ontlasting meer in de darmen hebben. Geef de dieren een badje om hun darmen te legen als ze ongeveer een week of 2 geen voeding mee hebben gehad.

    Het handigste is om de dieren van Oktober tot Maart apart te plaatsen in kleine containers, gevuld met vochtig mos, bladeren en losse aarde of turf. Zet deze op een stabiele, koele plaats weg, zoals een kelder, zolder of zelfs in de koelkast.
    Let er op dat deze bodem van de containers niet teveel uitdroogt in bijvoorbeeld de koelkast.

    Eind Maart kunnen de dieren weer gewoon terug geplaatst worden in hun terrarium, en na een aantal dagen acclimatiseren kunnen ze weer gewoon gevoerd worden.


    Dieren jonger dan 2 jaar en dieren die niet helemaal op conditie zijn kunnen het beste gewoon op normale temperaturen gehouden worden gedurende de wintermaanden, deze moeten goed gevoerd worden.
    In het wild gaan deze dieren wel in winterrust, maar een groot percentage jonge en verzwakte dieren overleefd dat niet…

    Als er dieren tijdens de winterperiode ernstig vermageren, zet ze dan onmiddellijk apart en geef ze weer een “normale” temperatuur. Voer de dieren vervolgens een aantal weken flink, zodat de dieren aangesterkt het nieuwe seizoen in gaan, en eventueel het volgende jaar in winterslaap kunnen.

    Als u er zelf niet gerust op bent om een dier te overwinteren, kunt u de winterrust ook laten voor wat het is, zeker als u nog nooit dieren hebt overwinterd kan dit best een spannende
    periode zijn.

  • 9. Voortplanting

    Na de winterperiode breekt de paartijd aan voor vierteenschildpadden.
    Pas op een leeftijd van ongeveer 10 jaar zijn de dieren geslachtsrijp. Mannetjes zijn meestal iets eerder geslachtsrijp dan vrouwtjes en beginnen dus op jongere leeftijd de vrouwtjes al lastig te vallen.
    Pas vanaf een jaar of 20 zijn de dieren echt “volwassen”.

    Om zijn bedoelingen duidelijk te maken aan het vrouwtje ramt het mannetje met zijn schild tegen het hare aan. Ook bijt het mannetje in de poten van het vrouwtje, wat soms wonden kan veroorzaken.
    Als het vrouwtje toegeeft aan zijn avances beklimt de man het vrouwtje van achteren en volgt er een korte paring.

    Als een mannetje te dominant word naar een vrouwtje is het beter de dieren apart onder te brengen. De meeste mannelijke vierteenschildpadden blijven gedurende de lente en zomer behoorlijk vervelend naar de vrouwtjes toe. Mannetjes die alleen gehuisvest zijn blijven vaak tot vervelens toe rondjes door hun verblijf lopen op zoek naar een partner.

    Ongeveer 30 tot 60 dagen na de paring legt het vrouwtje 1 tot 5 eieren. Om haar deze mogelijkheid te geven voorziet u haar van een bak met daarin vochtig materiaal; zand, turf of vermiculiet. Zorg ervoor dat deze tenminste 20 centimeter diep is zodat ze haar eieren goed kan begraven.
    Bij schildpadden die in en terrarium met een dikke bodem gehuisvest worden bestaat de kans dat de eitjes door het vrouwtje ongezien ergens in de bak ingegraven worden.

    Houd er rekening mee dat de legbak in het terrarium word geplaatst zodra u de dieren uit winterslaap haalt. Als het drachtige vrouwtje niet de mogelijkheid heeft om haar eieren kwijt te kunnen kan dat resulteren in ernstige gezondheidsproblemen
    Een gezond vrouwtje kan meerdere legsels per jaar kan produceren, 2 legsels is geen uitzondering, soms kunnen er zelfs wel 4 legsels per jaar geproduceerd worden.
    Vierteenschildpadden bezitten het vermogen om sperma lange tijd op te slaan en op deze manier kunnen vrouwtjes, bij gebrek aan een mannelijk dier, een volgend jaar weer een of meer bevruchte legsels produceren.
    Uiteraard moet u de vrouwtjes in die periode goed voeren en voorzien van voldoende calcium.

    Als de eitjes gelegd zijn moeten ze overgebracht worden naar een broedstoof.
    Graaf de eieren voorzichtig uit en draai de eieren niet.
    Reptieleneieren bezitten geen hagelsnoeren die de dooier recht houden, en draaien van het ei kan resulteren in de dood van het embryo.
    De eieren moeten in een bakje met vochtig vermiculiet (verkrijgbaar bij de meeste terrariumspeciaalzaken) half ingegraven worden.
    Dit bakje word in de broedstoof gezet op een temperatuur van ongeveer 25 tot 30 graden Celsius.
    De eitjes komen, afhankelijk van de temperatuur, uit na ongeveer 80 tot 120 dagen.
    In het wild gebeurt het nog wel eens dat jongen uit een legsel wat laat in het jaar gelegd is, de winter in hun ei doorbrengen en pas de volgende lente uitkomen.

    De jonge vierteenschildpadjes kunnen samen gehouden worden in kleine groepjes.
    De terraria moeten in het begin vrij kaal gehouden worden: een ondiepe waterbak en enkele simpele schuilplaatsjes zijn voor de diertjes meer dan genoeg.
    Zorg er wel voor dat het bodemmateriaal voldoende vochtig en diep is zodat de dieren zich in kunnen graven.
    Voer de dieren zoveel als ze opkunnen, ongeveer 2 keer per dag.
    Snij de groenten in kleinere stukken.
    Bepoeder de voeding elke voederbeurt met vitamines en mineralen. Uiteraard mag ook de bron van UVB verlichting en stukjes sepiaschaal niet ontbreken in het terrarium van de jonge dieren.

    Wees erop bedacht dat ieder dier aan zijn trekken komt. Als een schildpadje niet aan eten toekomt kan deze het beste apart geplaatst worden zodat hij niet om voedsel hoeft te concurreren met sterkere broertjes of zusjes.
    Na een maand of 2 kunnen de jonge vierteenschildpadjes naar hun nieuwe eigenaar.


    Het kweken met vierteenschildpadden is iets wat nog niet vaak genoeg gebeurt.
    Er bestaat een particulier fokprogramma voor deze soort, gerund door de vrijwilligers van de European Studbook Foundation.
    Serieuze liefhebbers die een poging willen wagen om met deze soort te kweken doen er goed aan contact op te nemen met deze stichting.

  • 10. Ziektes

    Uiteraard kunnen ook ziek worden, net als ieder ander dier.
    Aanwijzingen voor mogelijke ziekten kunnen zijn:

    Lusteloos gedrag, slechte eetlust en weinig bewegen (bij een normaliter actief dier).

    Moeilijk ademen, of met de bek open ademhalen, vocht uit de neusgaten en traanogen. Deze verschijnselen kunnen wijzen op luchtweginfecties.

    Opgezwollen klieren bij de onderkaak en uitvloeiing uit de neus en ogen kunnen wijzen op een infectie met het herpesvirus, een aandoening die bij vierteenschildpadden nogal regelmatig voorkomt.

    Braken of regurgiteren (opgeven) van voedsel.
    Afwijkende ontlasting, diarree, abnormaal ruikende ontlasting, of helemaal geen ontlasting.
    Deze symptomen kunnen wijzen op een besmetting met darmparasieten of een bacteriële infectie.

    Vlekken op de huid of het schild, die kunnen wijzen op schimmel of bacteriële infecties.

    Gezwollen ledematen, zwelling door oorontsteking, vergroeiingen aan de bek.
    Verwondingen door vallen of schuren, verbranding door een te warme lamp, beten van anderen vereisen ook allemaal ingrijpen door een dierenarts.

    Ziektes kunnen zich ook op andere manieren manifesteren. Vertoont het dier ander gedrag dan wat hierboven beschreven is, laat het ons even weten, wij kunnen misschien verder helpen, en eventueel doorverwijzen naar een dierenarts.