Verzorging Koningspython, Balpython

  • 1. Algemeen

    Wetenschappelijke naam Python regius
    Grootte Tot 1.2 m
    Terrarium 100x40x50 cm of groter
    Herkomst Centraal Afrika
    Biotoop Tropische savanne
    Lampen Geen UV noodzakelijk
    Temperatuur 25 tot 35 graden
    Voeding Knaagdieren, vogels
    Voortplanting Eierleggend
    Leeftijd Tot 25 jaar
  • 2. Wetgeving

    De koningspython is opgenomen in de CITES appendix II
    De dieren mogen dus in beperkte mate geëxporteerd worden uit hun natuurlijke leefgebied. Wildgevangen koningspythons zijn tegenwoordig een zeldzaamheid, de dieren worden in grote hoeveelheden in gevangenschap gekweekt.

    Er is geen vergunning nodig om een koningspython te houden of te verkopen.
    Om de dieren in gevangenschap te mogen houden moet men wel in het bezit zijn van een verklaring van herkomst. Na aanschaf van een koningspython moet de overdrachtsverklaring van de kweker, of het bonnetje van de winkel waar het dier gekocht is, bewaard worden als bewijs van legale aankoop.

  • 3. Uiterlijk

    Een korte, stevige wurgslang van maximaal 150 centimeter. Vrouwelijke dieren worden over het algemeen iets langer en zwaarder dan mannelijke dieren.
    De kop is duidelijk afgescheiden van de hals en het lichaam is vrij fors.
    De basiskleur is donkerbruin met een serie lichter gekleurde vlekken op de zijden van het lichaam. In deze vlekken bevind zich vaak weer en kleinere donker vlek.
    De buikzijde is ivoorkleurig tot wit.
    De staart is relatief kort. Bij de staartbasis hebben koningspythons aan weerszijde een nagel of spore. Deze rudimentaire overblijfselen van de achterpoten zijn bij de mannelijke dieren vaak iets groter en worden gebruikt bij de paring.
    Op zowel de bovenlipschubben (supralabialen) als onderlipschubben (infralabialen) bevinden zich duidelijke putjes. Deze putjes stellen de slang in staat stralingswarmte waar te nemen en de koningspython kan dus zijn warmbloedige prooi ook in het donker heel goed waarnemen.
    Bij verstoring rolt de koningspython zich soms op tot een stevige bal, met de kop verborgen tussen de kronkels van het lijf. Dit gedrag heeft het dier ook de naam “Balpython” opgeleverd.
    Koningspythons blijven hun hele leven doorgroeien en kunnen in gevangenschap met gemak 25 jaar oud worden.
    De dieren vervellen hun huid in 1 geheel.

  • 4. Verspreidingsgebied

    Westelijk en centraal Afrika. Van Senegal tot Congo langs de Golf van Guinee. Landinwaards vanaf de westkust tot aan Oeganda.
    Koningspythons komen voornamelijk voor op de savannes en in open bosgebieden waar de dieren zich overdag verschuilen in knaagdierenholen en tussen boomwortels. In de schemering en ‘s nachts komen de dieren tevoorschijn om voedsel te zoeken.
    Mannelijke dieren klimmen over het algemeen wat vaker in bomen en struiken dan vrouwelijke dieren.
    Koningspythons zijn vrijwel altijd in de buurt van water te vinden.

  • 5. Huisvesting gevangenschap

    Voor een volwassen koningspython is een terrarium van ongeveer 100 X 40 X 50 cm voldoende, groter mag natuurlijk ook zeker als er meer dan 1 dier gehouden word.
    Er zijn diverse complete terraria te verkrijgen in deze maten, zoals bijvoorbeeld The Blue-Lagoon 3D jungle serie.
    Zorg ervoor dat het terrarium ontsnappingsvrij is, slangen zijn ware ontsnappingskunstenaars en een vitrineslotje is aan te raden.

    Geef de slang 12 tot 14 uur licht per dag, UV verlichting is niet nodig, maar geeft wel een mooi beeld in het terrarium en kan absoluut geen kwaad.
    De gemiddelde temperatuur in het terrarium kan het beste tussen de 25 en 30 graden Celsius liggen, met onder de lamp een warme plaats tot 35 graden waar de dieren zich naar believen kunnen zonnen. ‘s Nacht mag de temperatuur niet onder de 20 graden dalen.
    Als een verblijf extra verwarmd moet worden in de nacht kan dit het beste gedaan worden door een verwarmingsmatje met thermostaat op de zijkant of achterkant van het terrarium te bevestigen.

    Zorg ervoor dat de warmere plaats aan een zijde van het terrarium gepositioneerd is, zodat de dieren zelf hun optimale temperatuur kunnen kiezen.

    Het bodemmateriaal in het terrarium kan bestaan uit beukensnippers, bark, turf, cocospeat, een mengsel van tuinaarde en zand en andere natuurlijke materialen.
    In het terrarium moeten er ook enkele grote stenen liggen, in ieder geval onder de lamp, waar de dieren zich op kunnen warmen. De stenen worden door de dieren ook gebruikt als beginpunt om de vervelling te bespoedigen.
    Een grote klimtak mag ook niet ontbreken in het terrarium. Hoewel deze dieren voornamelijk op de grond leven kunnen ze uitstekend klimmen en zullen dat ook doen als ze die kans gegeven wordt.

    Een waterbak moet altijd aanwezig zijn. Deze bak moet zo groot zijn dat 1 slang er opgerold in kan liggen. Het water moet om de dag ververst worden, koningspythons drinken regelmatig en hebben een voorkeur voor vers water.

    Schuilplaatsen, in de vorm van grote stukken kurkschors, gestapelde stenen of speciale kunststof grotjes verkrijgbaar in terrariumspeciaalzaken mogen ook absoluut niet ontbreken. Koningspythons zijn erg verlegen en willen zeker overdag het liefst verscholen liggen.
    Let erop dat alles goed stevig vastzit, de slangen willen nog wel eens losse takken of stenen verplaatsen, deze kunnen de bak en soms de slang beschadigen.

    De bak kan verder nog aantrekkelijker gemaakt worden met enige planten. Kies hiervoor
    kunstplanten, deze zijn makkelijker te bevestigen, en de dieren zullen tijdens hun ronde door het terrarium levende planten gauw ontwortelen.

  • 6. Hanteren

    Hoewel sommige koningspythons soms om aandacht lijken vragen, en er geen probleem van maken om vastgehouden te worden, is het niet best voor de gezondheid van uw slang om constante temperatuurswisselingen te ondergaan.
    (Van ongeveer 30 graden Celsius in het terrarium naar 20 graden Celsius in uw huiskamer is een flink verschil!)
    Deze temperatuurswisselingen kunnen onder andere in longontsteking resulteren.
    Haal uw slang dus niet al te vaak uit het verblijf, maar liever alleen als dit echt nodig is.
    Let er op dat de slang na het voeren 2 à 3 dagen met rust gelaten wordt, zeker jonge slangen willen hun voedsel anders nog wel eens uitbraken.

    Laat uw python nooit los door uw huis kruipen, op de vloer van een kamer tocht het altijd een klein beetje, dit kan ook zorgen voor gezondheidsproblemen.
    Daarnaast zijn de dieren bij tijd en wijle verbazend snel en zijn onder een kast of achter ander meubilair verdwenen voor u er erg in heeft.

    Contact met andere huisdieren zoals honden of katten is helemaal uit den boze.
    Als u uw koningspython moet hanteren, ondersteun het dier dan zoveel mogelijk met uw handen.Til een slang nooit aan de nek of staart op!

    Koningspythons bijten zelden en kunnen met de blote hand gepakt worden.
    Als een koningspython bijt resulteert dit meestal in een wond vergelijkbaar met een
    schaafwond, deze hoeft vaak alleen maar ontsmet te worden.

  • 7. Voeding

    Alle slangen zijn carnivoor. Het voedsel van koningspythons bestaat uit knaagdieren en kleine vogels. De prooi wordt gegrepen met de bek en gedood door verwurging.
    In gevangenschap kunnen koningspythons hun gehele leven op een dieet van muizen en ratten leven.
    Ter afwisseling kunnen andere verkrijgbare voedseldieren gegeven worden, zoals hamsters, woestijnratten, eendagskuiken en kwartels. Noodzakelijk is dit echter niet.
    In het verleden stonden wildvang koningspythons nog wel eens bekend als notoire voedselweigeraars. Tegenwoordig zijn vrijwel alle dieren in gevangenschap gefokt en eten vrijwel altijd naar behoren.
    Dieren die soms wat lastiger eten kunnen vaak overgehaald worden met veeltepelmuizen.

    Koningspythons bewegen zeer zelden en hebben relatief minder voedsel nodig dan de wat actievere slangensoorten. Dieren die overmatig gevoerd worden kunnen op latere leeftijd gezondheidsproblemen krijgen door orgaanvervetting.

    Jonge dieren (tot 1 jaar oud) kunnen het beste om de week een prooidier aangeboden
    krijgen. Volwassen dieren om de 2 a 3 weken.
    Als een slang niet direct wil eten, probeer het dan na een aantal dagen nog eens, slangen
    kunnen een behoorlijke tijd zonder voedsel. Let wel op dat als een koningspython TE lang niet eet (ongeveer 6 tot 8 weken), daar wel degelijk gezondheidsproblemen uit voort kunnen komen.
    Het aangeboden prooidier mag in de regel niet groter zijn dan de diameter van het
    slangenlichaam op het dikste punt. (Koningspythons hebben een vrij dunne hals, maar kunnen enorm grote prooien op)
    Slangen hoeven niet bijgevoerd te worden met vitamines en calcium, in goede voedseldieren zit alles wat een slang nodig heeft.
    De prooi kan het beste gegeven worden net nadat de lichten in het terrarium uitgegaan zijn. Meestal gaan hongerige koningspythons op dat moment ook op zoek naar voedsel.

    Het voeren van dode prooi heeft de voorkeur over het geven van levende prooidieren.
    Levende knaagdieren kunnen uw slang levensgevaarlijk beschadigen.
    Voer slangen bij voorkeur apart om ongelukken te voorkomen.

  • 8. Voortplanting


    Om met koningspythons te kweken heeft u uiteraard een geslachtsrijp paartje nodig.
    Dieren van ongeveer 3 jaar oud en met een gewicht van minimaal anderhalve kilo zijn kweekrijp.
    Hou de beide geslachten gescheiden tot het moment dat ze ingezet worden voor de kweek.
    In Oktober kan de temperatuur in het terrarium omlaag gebracht worden naar 25 tot 27 graden. Na een maand kan het mannetje om de zoveel tijd bij het vrouwtje geïntroduceerd worden. Het beste voor de dieren is 3 dagen bij elkaar, en daarna weer 3 tot 5 dagen rust. Dit kan volgehouden worden tot eind Mei.

    Gedurende deze periode kunnen de dieren gewoon doorgevoerd worden, maar mannetjes zullen soms langere tijd voedsel weigeren.
    Ook mannetjes die alleen gehouden worden kunnen in de wintermaanden langdurig voedsel weigeren.

    Begin Maart kan de temperatuur in het verblijf weer verhoogd worden tot de reguliere 30 graden.

    In de tussentijd kunnen de vrouwtjes hun eisprong hebben tussen Januari en Mei.
    Meestal vervelt het vrouwtje 16 tot 20 dagen na de eisprong en ongeveer 30 dagen na deze vervelling worden de eitjes gelegd.

    Voor haar eieren zoekt ze een donkere, warme en vochtige plaats op. Zorg ervoor dat deze beschikbaar is in het terrarium, anders kan ze haar eieren niet kwijt, wat kan resulteren in legnood, met alle gevolgen van dien.
    Deze plaats kunt u de slang geven door een plastic bakje (met deksel), met een gat erin voor de toegang, in het terrarium te plaatsen. Hierin kan vochtig zaagsel, turf, vermiculiet of keukenpapier worden gelegd.

    Als de eieren gelegd zijn moeten ze onmiddellijk in een broedstoof geplaatst worden.
    Plaats de eieren in een afgesloten bak met vermiculiet en graaf ze hierin gedeeltelijk in.


    In de broedstoof moet de temperatuur rond de 31 graden gehouden worden en de luchtvochtigheid in het bakje met de eieren ongeveer 100%.
    Reptieleneieren hebben geen hagelsnoeren, zorg ervoor dat de eieren in dezelfde positie
    blijven liggen zoals ze gelegd zijn, anders sterft het embryo af.

  • 9. Kleurslagen

    Koningspythons zijn tegenwoordig in een grote verscheidenheid aan kleuren en patronen verkrijgbaar.

    De eerste vermelding van een apart gekleurde koningspython in het wild stamt uit 1969. Albino dieren en dieren met aparte lichaamskleuren of vlekkenpatronen komen in het wild regelmatig voor. Over het algemeen vallen deze dieren in hun natuurlijke omgeving teveel op en worden opgegeten door roofdieren voordat zij hun volwassen leeftijd kunnen bereiken.

    Het kweken met koningspythons is vanaf de jaren 90 in een stroomversnelling geraakt en dieren met een afwijkende kleur of patroon werden door de kwekers apart gehouden om hiermee verder te kweken.

    Door deze selectieve kweek zijn er inmiddels meer dan 6000 verschillende kleuren en patronen van deze slang te verkrijgen. De koningspython heeft dus net als bijvoorbeeld het konijn en de huiskat een soort van domesticatieproces ondergaan.


    De prijs die voor sommige van deze kleurmutaties wordt gevraagd kan enorm variëren.
    Veel voorkomende mutaties zijn inmiddels net zo gewoon als normale wildkleur dieren met bijbehorende prijs.
    Andere kleur en patroon combinaties zijn zo zeldzaam dat er van sommigen maar 1 of enkele dieren bekend zijn. Voor sommige van deze zeldzaamheden kunnen astronomische bedragen gevraagd worden.
    Desalniettemin blijven de dieren allemaal gewoon koningspythons, en de verzorging en de waarde van het dier voor de verzorger blijft gewoon hetzelfde.

    Helaas heeft het gericht fokken op kleuren en patronen ook een keerzijde.
    De `spider`patroonmutatie zorgt bij koningspythons voor en neurologische afwijking.
    Alle dieren waarin het spider-gen in meer of mindere mate aanwezig is hebben een zogenaamde `wobble`.
    Deze afwijking manifesteert zich van trillen met de kop in lichte gevallen, tot dieren die hun kop en hals in onnatuurlijke bochten wringen en zich bijna niet meer normaal voort kunnen bewegen.

  • 10. Ziektes

    Uiteraard kunnen koningspythons ook ziek worden, net als ieder ander dier.

    Aanwijzingen voor mogelijke ziekten kunnen zijn:

    Lusteloos gedrag, slechte eetlust en weinig bewegen (bij een normaliter actief dier).

    Moeilijk ademen, met de bek open ademhalen of overmatig slijm in de bek of neus, dit kan wijzen op luchtweginfecties.

    Braken of regurgiteren (opgeven) van voedsel.

    Afwijkende ontlasting, diarree, abnormaal ruikende ontlasting, of helemaal geen ontlasting.Deze symptomen kunnen wijzen op een besmetting met darmparasieten of een bacteriële infectie.

    Vlekken of wondjes op de huid, die kunnen wijzen op schimmel of bacteriële infecties.

    Kleine rode of zwarte spinachtige beestjes die over uw slang lopen. Dit zijn mijten, deze diertjes voeden zich met het bloed van uw slang en deze moeten zo snel mogelijk bestreden worden.
    Ziektes kunnen zich ook op andere manieren manifesteren. Vertoont het dier ander gedrag dan wat hierboven beschreven is, laat het ons even weten, wij kunnen misschien verder helpen, en eventueel doorverwijzen naar een dierenarts.

    © Casavipera2022